‘Ik heb vaak ruim een uur de tijd om met iemand in gesprek te gaan. Daardoor heb ik veel langer de tijd om aan te sturen op goed gedrag en te stimuleren een gezondere levensstijl te hanteren. Op die manier kan ik echt het verschil maken in iemands leven, zowel op fysiek als mentaal vlak.’

Het was voor Melchior helemaal niet zo vanzelfsprekend om geneeskunde te gaan studeren. Veel familieleden werkten weliswaar in de zorg, maar hij is niet opgegroeid met het idee dat hij ooit arts kon worden. Nu, op zijn 32e, is hij hard op weg om specialist arbeid en gezondheid te worden.

‘Voor de studie geneeskunde heb ik de studie Biologie en Medisch laboratoriumonderzoek gevolgd. Ondanks dat ik daar vaak met tegenzin naartoe ging, heb ik wel mijn diploma gehaald. In het laboratorium miste ik de interactie met andere mensen. Tijdens mijn stage bij het Erasmus MC kwam ik vaak artsen tegen. De manier waarop zij met elkaar praatten en bij elkaar stonden vond ik erg mysterieus, maar ik wilde daar graag bij horen. Dat heeft mij doen besluiten om op mijn 23e nog met geneeskunde te beginnen.’

Werk en privé gescheiden

‘Tijdens de coschappen vond ik het lastig om dagelijks in het ziekenhuis te zijn. Het klinkt misschien gek voor iemand die zes jaar Geneeskunde heeft gestudeerd, maar de geuren en kleuren van het ziekenhuis spraken mij niet zo aan. Het was een stressvolle omgeving, ik had weinig vrijheid en er was nauwelijks tijd om de patiënten te zien.
Daarnaast waren de secundaire arbeidsvoorwaarden een stuk slechter dan nu bij UWV. Zo kreeg je bijvoorbeeld geen compensatie voor de overuren die je maakte. Mijn hele leven speelde zich in en om het ziekenhuis af, terwijl ik veel meer interesses had. Ik merk in mijn omgeving dat steeds meer jonge artsen ervoor kiezen om werk en privé gescheiden te houden. Dat is voor mij ook een belangrijke reden geweest om voor de opleiding tot verzekeringsarts te kiezen.‘

Diversiteit aan werkzaamheden

‘De dagelijkse werkzaamheden zien er heel anders uit dan in het ziekenhuis. Een specialist doet veel dezelfde handelingen op een dag, hier is de diversiteit aan klachten waar je mee te maken krijgt veel groter. Ik moet van alles en nog wat weten en aanvoelen.

Als specialist arbeid en gezondheid ben je daarom nooit uitgeleerd. Om bij te blijven houd ik de ontwikkelingen in de geneeskunde nauwlettend in de gaten. Hierdoor kan ik patiënten attenderen op therapieën waar ze nog niet eerder van gehoord hadden, met de hoop dat ze weer sneller aan het werk kunnen.’

Preventieve geneeskunde

‘Zelf ben ik een groot voorstander van preventieve geneeskunde, al wordt daar naar mijn mening nog te weinig mee gedaan in de reguliere geneeskunde. Je hebt als arts vaak maar vijf tot tien minuten om een patiënt te zien. Ik heb vaak ruim een uur de tijd om met iemand in gesprek te gaan. Daardoor heb ik veel langer de tijd om aan te sturen op goed gedrag en te stimuleren een gezondere levensstijl te hanteren. Op die manier kan ik echt het verschil maken in iemands leven, zowel op fysiek als mentaal vlak.’